Home   Informatie   Nieuws   Voorwaarden   Meestgestelde vragen   Contact   Gastenboek  
 
 


Schelpkenmerken van de oester
De schelp is zeer dikschalig en variabel van vorm. Meestal min of meer rond, maar soms ook meer hoefijzervormig. De linkerklep is boller dan de rechter. Beide kleppen hebben een zeer schilferige sculptuur. Op de bolle klep zijn vaak onregelmatige golvende radiale ribben aanwezig. Aan de binnenkant van de schelp is één duidelijk kommavormig spierindruksel te zien.



Geschiedenis 
Al vanaf het begin van de jaartelling werden er oesters gegeten. De Romeinen en de Chinezen hadden toen al de culinaire waarde van de oester ontdekt. Er gaan ook al lang de verhalen over de opwekkende eigenschappen van de oester. Iedereen kent de verhalen over Casanova.

De oester is rijk aan voedingstoffen hij bestaat uit:
83 % water
9 % eiwit
4.8 % koolhydraten
1.2 % vet
vitaminen A.B1,B2,nicotinamide,biotine,en B12
mineralen: calcium,magnesium, zink,ijzer, jodium en fosfor



Teelt 
De oesterteelt is een tijdrovende en zeer arbeidsintensieve bezigheid. Het duurt 3-5 jaar en komen ongeveer 35 verschillende handelingen aan te pas voor een oester op de markt komt. In het begin worden de larven gevangen (juni tot augustus). Ze worden daarna uitgezet op z.g. collectoren. Dit zijn bv met kalk bedekte leisteenplaten of aan metaaldraad geregen mosselschelpen. Hier hechten de larven zich aan vast. Na ongeveer acht maanden worden ze van de collectoren geplukt en verplaatst naar de oesterputten. Dit zijn afgebakende percelen in zee waar ze beschermt worden tegen natuurlijke vijanden. Ze liggen dan in grofmazige zakken op de zeebodem. Hier verblijven ze 2-3 jaar tot ze de vereiste maat bereikt hebben.

Bij de Franse Marennes volgt dan nog het stadium van het mesten en verfijnen. Dit gebeurt in ondiepe bassins of voormalige zoutpannen. Het water in deze bassins is niet zo zout en het is zeer rijk aan plankton. Hier krijgen de oesters hun specifieke smaak. Sommige oesters hebben een groene kleur. Dit wordt veroorzaakt door een koperhoudende kiezelalg. In deze bassins worden de oesters ook getraind. De bassins worden regelmatig geleegd zodat de oester leert hoe hij bij droogte moet overleven. In Europa is het oesterseizoen in de maanden met de R.



Maataanduidingen
In Nederland kennen we:
3/0= 60 gr.
4/0= 75 gr
5/0= 90 gr
6/0=105 gr
6/0E =120 gr 

in Frankrijk en Engeland kennen we voor de platte oesters:
nr. 4 = 40 gr
nr. 3 = 50 gr
nr. 2 = 60 gr
nr. 1 = 75 gr
nr. 0 = 90 gr
nr.00 =100 gr
nr.000 =110 gr
nr.0000 =120 gr
nr.00000 =150 gr 

De creuses worden aangeduid met:
TG - Tres grand 100 gr
G - Grand 75-90 gr
M - Medium 50-75 gr
P - Petit >50 gr



Geen producten aanwezig